maandag 25 augustus 2025

Naar een 10-punten plan voor internationale samenwerking en solidariteit in tijden van polycrisis?


(blog van 10 juni, oorspronkelijk gepubliceerd op De Wereld Morgen)


 Het is al weer effen geleden dat ik nog eens een blog voor De Wereldmorgen schreef, maar een uitnodiging via een collega om op 10 juni in een panel te spreken over de toekomst van internationale samenwerking en solidariteit, op de jaarlijkse meeting van Be-Cause Health in Brussel, leek me een goeie aanleiding (de neoliberaal in mij had bijna ‘incentive’ geschreven) om vooraf eens een paar gedachten te proberen ordenen.

Meer bepaald ziet het openingssalvo aan vragen voor de mensen in het panel er zo uit: “Hoe ziet u de toekomst van internationale samenwerking, hulp en solidariteit? Wat kunnen we doen om de strijd voor wereldwijde gezondheid(szorg) opnieuw uit te vinden, en daarbij de fouten uit het verleden te vermijden? Hoe kunnen we het recht op gezondheid voor iedereen garanderen?”

Ik hoor je denken, de ene vraag klinkt al voluntaristischer dan de andere in de huidige omstandigheden. Maar er valt wel degelijk veel over te zeggen, zélfs en misschien vooral in dit nieuwe tijdperk van polycrisis.   Bij mijn interventie wil ik in eerste instantie focussen op de binnenlandse publieke opinie, in wat vroeger bekend stond als “donorlanden”. België is er daar zoals bekend één van.  Andere panelisten (en mensen in het publiek) gaan ongetwijfeld op de vele andere dimensies inzoomen van de huidige crisis – o.m op het vlak van hervorming van global health governance en de noodzaak tot versnelde implementatie van de New Public Health Order in sub-Sahara Afrika.

Cynisme

Mijn uitgangspunt: een groot deel van de publieke opinie is ronduit pessimistisch, zelfs stilaan cynisch over ‘officiële ontwikkelingssamenwerking’ – en dat was eigenlijk al zo voor Trump & co de genadestoot gaven aan Amerikaanse hulp en solidariteit. Daar zijn tal van redenen voor, zonder exhaustief te willen zijn: (1) het onderscheid tussen ‘rijke’ en ‘armere’ landen waar o.m. het system van ODA (‘Official Development Assistance’) (en bijhorende ‘0.7 % BNP’ norm) op gebouwd waren, is veel minder duidelijk dan vroeger. Diplomaten van ‘rijke’ landen geloven er zelf niet meer in als ze die norm herbevestigen in ‘zero drafts’ voor pakweg de ‘Financing for Development conferentie’, die eind juni begint in Sevilla. Meer een rondje voor de bühne.  Aangezien het precariaat (en meer in het algemeen de mensen die het moeilijk hebben om overeind te blijven in de ratrace), blij(ft)/ven aanzwellen in veel ‘welvarende’ landen, zijn almaar minder burgers nog enthousiast over internationale solidariteit. De VS en het Verenigd Koninkrijk waren door hun brute vorm van kapitalisme ‘voorlopers’ bij een en ander – maar als we Axel Ronse en co laten begaan, eindigen we daar binnen afzienbare tijd ook. (2) Daaraan gekoppeld: in veel ‘rijke’ landen staat het sociaal contract onder druk (o.m. omdat maar al te duidelijk is dat de ‘sterkste schouders’ niet in verhouding bijdragen, en al te veel publieke diensten geprivatiseerd en/of anoniemer werden in de loop der jaren). (3) Internationaal is het al niet veel beter. Multilateralisme en zelfs de ‘rules-based order’ waar toch één en ander op aan te merken was, ook al in betere tijden, dreigen finaal te bezwijken (o.m. door de horror in Gaza) met de wel erg stuitende hypocrisie van de EU en haar ‘twee maten, twee gewichten’ als één van  de hoofdredenen.   Aangezien internationale solidariteit en multilateralisme samengaan (zie bijvoorbeeld de duurzame ontwikkelingsdoelen (SDGs)-agenda), lijdt het weinig twijfel dat met de neergang van multilateralisme, ook internationale samenwerking in de brokken deelt.  (4) Een tijdje geleden liet Jean van Wetter (Enabel) ergens optekenen dat internationale samenwerking ook wat elitair overkomt in de perceptie van veel modale burgers, in tegenstelling tot decennia geleden. Dat is ongetwijfeld correct.  (5) Last but not least, internationale samenwerking kampt ook met (minstens) een perceptie van weinig effectief & efficiënt te zijn, ja zelfs vaak contraproductief.  Waarbij voor alle duidelijkheid nogal veel over één kam geschoren wordt, maar dat terzijde.

Komen daar nog bij de gebruikelijke redenen die waarnemers op dit ogenblik signaleren in media, zeker in Europa, zoals minder en minder fiscale ruimte door de militaire opbouw, vergrijzingskosten, …. en een soort “self-fulfilling prophecy” waarbij het egoïsme waarvoor Trump, Vance & co staan, blijkbaar een ‘Brave New World’ vormt waar we ons maar  aan “aan te passen” hebben (het is niet voor niets dat in de slipstream van Trump’s USAID & PEPFAR ravage, een stuk of wat andere landen ook hun budgetten voor ontwikkelingssamenwerking drastisch naar beneden hebben herzien)….  Last but not least,  de ‘ontwikkelingssamenwerkings-sector’ is om begrijpelijke redenen nogal huiverig om al te expliciet te pleiten voor blijvende solidariteit en samenwerking, zelfs indien die op fundamenteel andere leest geschoeid worden (zie verder), om niet het verwijt te krijgen ‘voor eigen winkel te pleiten’.

Je begrijpt dus waarom het Be-Cause Health panel met dat drieluik aan vragen zal starten.

Nood aan véél meer assertiviteit

Echter, zoals je allicht al gemerkt hebt, de hele wereld is in beweging, en dat geldt ongetwijfeld ook voor paradigma’s. Er lijkt me dus, eerlijk gezegd, geen enkele reden waarom ook progressieve krachten niet (veel) assertiever zouden mogen zijn bij het opkomen voor een nieuw paradigma in tijden van polycrisis.  Mark Rutte en co hebben daar heus niet het alleenrecht op.

En laat ik dan maar met de deur in huis vallen: ik herinner me een 70-puntenplan van het Vlaams Blok dat, ondanks nogal wat commotie toen het gelanceerd werd, in de loop der jaren door nogal wat zogenaamde ‘centrum-‘partijen voor minstens een deel in de praktijk is gebracht – helaas. Welnu, waarom zouden mensen die geloven in internationale solidariteit ook niet met een nogal agressief tien-punten plan op de proppen komen? Niet om op korte termijn centrum-rechts (of erger: Bouchez bv) in dit land te overtuigen, wel om te proberen de conversatie in een fundamenteel andere – en veel minder defensieve – richting te duwen, en op middellange termijn voldoende mensen en partijen te overtuigen om echt dingen in beweging te krijgen. Er zijn genoeg andere recente voorbeelden van paradigma-shifts (bv. neoliberalisme) die jaren, zelfs decennia in beslag namen voor ze echt mainstream werden.

Ik ben ervan overtuigd dat  het cynisme over internationale samenwerking waar ik eerder over sprak bij velen tot op zekere hoogte overwonnen kan worden.  Al was het maar omdat we – helaas – lijken af te stevenen op een tijdperk van ‘globale weerbaarheid’ (“global resilience”), waarbij we op tal van domeinen bijna niet anders gaan kunnen dan de uitdagingen via internationale samenwerking te proberen aanpakken.  Maar dan moeten we wel beginnen zeggen waar het op staat. En daarbij mogen we een zogenaamd ‘links-populistisch’ narratief allerminst schuwen. Zoals ze een en ander aan de andere zijde van het politieke spectrum plegen te zeggen: vaak gaat het trouwens gewoon om ‘gezond verstand’.

Ik doe alvast een eerste aanzet hieronder – maar dus eerder in functie van dat panel morgen (met focus op de binnenlandse publieke opinie). Hoop dat iemand hier echt werk van maakt een dezer.

  1. 1% van het BNP moet gaan naar globale publieke goederen (ivm ontwikkeling (SDGs) (inclusief globale gezondheid), de planetaire crisis, humanitaire hulp, …).   Onder het motto: als Theo zijn jongensdroom meent te moeten waarmaken door onverdroten voor 5% van het BNP voor defensie te pleiten, als ware het een soort natuurwet ( en “alsof het aan de bomen groeit”, om Sammy niet te citeren), dan lijkt dergelijke target voor GPGs in tijden van polycrisis allerminst overdreven.
  2. Cruciaal: nu sociale contracten (met inbegrip van belastingsstelsels) in tal van landen herijkt gaan moeten worden, lijkt het me niet meer dan logisch dat de sterkste schouders – vaak de winnaars van neoliberale globalisering – ook veruit het leeuwendeel van deze inspanning moeten ophoestenLaat dus de (0.0) 1 % maar betalen voor Globale Publieke Goederen (in ons land o.m.: de rijkere families met hun “geoptimaliseerde” belastingsconstructies, ondernemers zoals Marc Coucke en Fernand Huts, specialisten-dokters met hun vennootschappen (en -lobbies), en uiteraard ook de topvoetballers à la Kevin de Bruyne en Thibaut Courtois). Overwinsten van multinationals zijn zeker ook meer dan relevant in deze. Internationaal moet hetzelfde gelden trouwens, in nogal wat landen is de polarisering tussen rijk en arm nog een stuk wraakroepender dan bij ons (zoals de Oxfam rapporten van de jongste jaren maar al te duidelijk maakten).
  3. Progressieve krachten moeten dus -zonder “mits’en en maar’en” – aan de kant van de ‘global tax justice beweging’ staan. Recent verscheen nog een policy brief van UNU-IIGH die daarover weinig twijfel liet bestaan, “The Fiscal Architecture of Health: UNU-IIGH Policy Brief Calls for Global Tax Reform as a Public Health Imperative”. De policy brief positioneerde belastingsrechtvaardigheid als een centrale pijler van de ‘global health’ agenda. En terecht.  In de wereld van de globale gezondheidszorg is dit echter nog steeds weinig evident: nogal wat mensen, zeker op de hogere echelons, blijven geloven in een meer “pragmatische” benadering, waarbij filantropische organisaties (zoals Gates, Wellcome Trust, ….) gaten zouden helpen dichten. Dat is niet verkeerd op korte termijn nu er een ravage plaatsvindt in veel lage-en middeninkomenslanden, in de nasleep van Musk & Trump’s hardvochtige bezuinigingen, maar op middellange termijn slaat het nergens op.  Me dunkt hebben we de jongste jaren al voldoende verwittigingen gekregen over de corrosieve impact die miljardairs (kunnen) hebben op de samenleving en (kwaliteit van) onze democratieën. Idem dito voor alle ‘de-risking’ en ‘blending’ waar je nu nogal wat mensen hoort voor pleiten: nog los van de andere risico’s (en een vrij naïeve inschatting van de drijfveren van een groot deel van de privésector, vrees ik), vormt dit soort ‘innovatieve financiering’  mijns inziens ook een belangrijke reden waarom internationale solidariteit als ‘elitair’ wordt beschouwd in veel kringen.
  4. Daaraan gerelateerd: wordt het niet stilaan (hoog) tijd voor een ‘extreme rijkdoms-lijn’ – in lijn met wat de New Economics foundation daarover propageert ? Via een democratische consultatie kan land per land nagegaan worden waar die ongeveer zou moeten liggen. Lijkt me een must post-2030 (als we nog zoveel tijd hebben). De redenen voor zo’n ‘extreme wealth line’ zijn  legio  (en zeker ook ecologisch en politiek).   Dus waarom geen ‘sunsetting miljardairs’ target voor de post-2030 agenda?
  5. Daarop aansluitend: maak – bv. in elk interview en in elk opiniestuk -de link tussen rijkdom en klimaatschade veel explicieter. Weinig zaken maken mensen cynischer dan zelf klimaatinspanningen doen, en ondertussen de “jet set” zich nergens van aan te zien trekken (met toeristische uitstapjes naar de ruimte als “kers op de taart”). Laat ons dus maar een aantal luxegoederen (zoals superjachten en private jets) keihard beginnen belasten. Opnieuw: “potje breken, potje betalen.” Een ‘frequent-flyer tax’ die snel oploopt bij elke bijkomende vlucht is een andere evidentie.
  6. Maak een pak duidelijker dat ‘nu betalen voor globale publieke goederen’ vaak neerkomt op ‘in de toekomst veel minder moeten betalen’ ( zeker ook ‘binnenlands’) (en vice versa). Tijdens de Covid pandemie gingen zoals bekend triljarden verloren. Op klimaatvlak hoef je geen groot wonder te zijn om op dezelfde hamer te kloppen. Allicht geldt in veel andere domeinen iets identieks. Da’s dus een argument waarmee je ook de meer gematigde en rationele rechtse stemmen (genre Gwendolyne Rutten of Bart Somers, of aan de andere kant ‘Les Engagés’) moeiteloos kunt overtuigen. Heel misschien is het zelfs een argument dat bruikbaar is voor Matthias “Onze Welvaert!” Diependaele : )
  7. Een beetje ‘realpolitiek’, daar kunnen we inkomen, zeker in een multipolaire wereld. Maar er zijn grenzen aan de hypocrisie. Of die zouden er toch moeten zijn. Als onze beleidsmakers die grenzen op degoutante manier overschrijden, zoals de laatste twintig maanden, moeten we blijven pushen – anders zal nog meer cynisme het resultaat zijn. En we weten allemaal wie daar het meeste baat bij heeft.
  8. En zoals Karim Karaki aangaf in een recent ECDPM opiniestuk, ondertussen een beetje dimmen qua ‘aspirationele doelen’ in lijn met wat je realistisch kunt waarmaken op korte termijn, zou de EU ook sieren.    Al deel ik, zoals uit bovenstaande mag blijken, niet zijn inschatting dat pakweg 0.2 of 0.3 % voor GPGs het ‘nieuwe normaal’ moet worden.

(enzovoort -wees gerust, ik kan echt wel tot tien tellen : ))

 

Samengevat: als we niet een stuk assertiever (ja zelfs, agressiever) worden, en ons beperken tot ‘proberen redden wat te redden valt’, en al te “pragmatisch” zijn en ons proberen aan te passen aan de ‘nieuwe transactionele wereld’, dan vrees ik dat we de strijd om het narratief gaan verliezen tegen radicaal-rechts  (dat nu al een enorme invloed heeft op het centrum in veel van onze liberale democratieën).   Ter info: als Trump en co hun zin krijgen van het Congres, gaan ze daar naar verluidt ‘landen’ op 0.03 % voor “buitenlandse solidariteit” (waarbij zelfs die allicht nog ‘MAGA’-proof zal moeten zijn…).

Of laat het me zo uitdrukken: die 5 % voor defensie is echt geen natuurwet. Welnu, hetzelfde geldt voor budgetten voor globale publieke goederen. Maar dan in omgekeerde richting.

Waarmee ik niet wil zeggen dat financiën alles zijn in dit debat – om bv. tech transfer en internationale normen en wetten niet te noemen.

 

Stap twee

Hoe je een en ander dan vormgeeft, bv. via Global Public Investment   of een andere benadering ‘fit for the 21st century’, is stap twee.  Uiteraard moet een nieuw ‘narratief’ in de nieuwe multipolaire wereld inzetten op wederzijds belang en is inclusieve governance een absolute must. Maar de eerste stap, me dunkt, is veel agressiever worden mbt wat we zelf denken dat nodig zal zijn om een beetje solidariteit (zowel nationaal als internationaal) te behouden voor de heel moeilijke jaren die eraan komen.

PS: last but not least, lijkt het me ook niet verkeerd om (zoals de N-VA haar beruchte “debatfiches” heeft), ook een soort ‘rapid response’ checklist klaar te hebben, om ad rem te kunnen reageren op rechts-populistische opmerkingen van Bouchez en consoorten.

Genre: ‘Is internationale samenwerking wel efficiënt?’  “Heb je al eens goed gekeken naar die F35s? … “  Of nog: “Heb je Coucke al eens bezig gezien bij RSC Anderlecht? ” : )

woensdag 26 februari 2025

Global Health Monopoly

It is said we live in a brave new ‘transactional’ era now, and so I was wondering whether some business-savvy person, called Donald or otherwise, could come up with a Global Health version of “Monopoly”, the most transactional boardgame of all (true, these days, it would technically need to be combined with “Risk”, in order to fit the current geopolitical times even better, but I’ll keep that for another day).   

 

What could make a country or other global health “stakeholder” earn a few places extra in this boardgame, or lead to some other ‘position switches’, given the difficult “trade-offs” they all face?

Well, from the top of my mind:

·         As a strong “leader”, you cut your ODA, in order to have more funding for defence (and in the process appease an authoritarian leader not too keen on aid). Yet,  you call it a ‘terribly difficult decision’.   (move forward three places)

·         Yes, some of your citizens might run the risk of getting their heads chopped off on a bad day, but nevertheless, in the Grand Global Health Scheme of things, you can totally make up for that by some charitable funding for polio eradication.   (hurray, move forward four places!)

·         There’s a pandemic going on, but your Foundation isn’t too keen on a TRIPS waiver (move forward five places, ànd you get a front seat in COVAX)

·         You run a Public-Private partnership, and reckon you’re doing an amazing job by having the private sector contribute one billion   ( six places extra – and you get a front seat at the World Health Summit in Berlin)

·         You are a visionary billionaire who knows exactly what needs to be done on global health as well as on climate change?    (you go straight to the boardgame spots that are heavily bankable, and can start setting up expensive global health hotels till you drop)

·         During a pandemic, you talk all the time about ‘Leaving no one behind’ and ‘Nobody is safe till everybody is safe’, yet your organisation naturally makes sure your continent comes first when it comes to vaccines   (ten places extra, plus you also get invited to all sorts of High-Level Global Health Events where you shine like Johnny Logan on a Eurosong stage )

·         You pride yourself on being a ‘Global Health Leader’ for decades, yet you help facilitate a genocide?      ( as many in Global Health power corridors pretend their nose is bleeding, no worries! )

·         You support a brutal militia in another country, yet, your regime is considered a ‘donor darling’  and has been doing reasonably well on HDI (go to ‘global health prison’, but only for a few months –  and sooner or later, Dr Tedros will call you a ‘Brother’ again 😊)

·         You label ‘solidarity, equality, & sustainability'  disparagingly as  ‘DEI and climate change’ and thus anti-the “values” in your country?    (no worries, WHO leadership still tries to convince you to come back to the organisation!  And so your next roll with the dice counts double )  

·         You run an international football organisation that is rather corrupt and love to fly with private jets all around the world, yet you have a partnership with WHO on ‘sports and health’   (jackpot, you get invited to the new US president’s inauguration!)

·         ….

 

 

As many spots on the board game still need to be filled, do add !

 

(Disclaimer: don’t take this too seriously)